zondag 20 december 2009

De knallers van 2009


De decembermaand heeft zo z’n ingesleten tradities: kitschlampjes, overvloedige kerstinkopen, de Top 2000 en uiteraard de Eindejaarslijstjes. Hieronder my personal favorites van het afgelopen jaar.

Cd’s
Beatles Remastered Box
Great Lake Swimmers – Lost Channels
The Low Anthem – Oh My God, Charlie Darwin
Grizzly Bear – Veckatimest
Edward Sharpe & The Magnetic Zeros – Up from below
Levon Helm – Electric Dirt
Ray Davies – Kinks Choral Collection
The Asteroids Galaxy Tour – Fruit
Fuck Buttons – Tarot Sport.

Naast de Box der Boxen dit jaar opvallend veel nieuwe americana en alt country in mijn cd-lijstje, maar ook twee ouwe meesters. Ter compensatie, aan het andere eind van het muzikale spectrum de zomerse samplepop van The Asteroids Galaxy Tour en de noise-mantra’s van Fuck Buttons.

Concert
Shantel in Paradiso.

Tv-serie
Dexter (highly addictive!).

Muziek-DVD
Leonard Cohen – Live at the Isle of Wight 1970
Leonard Cohen – Live London 2008
Paul McCartney - Concert in Red Square
Concert for George.

Ja maar, die laatste twee zijn toch al een paar jaar oud? Zeker, maar ik heb ze dit jaar pas ontdekt. En het is en blijft tenslotte wel mijn lijst natuurlijk.

zaterdag 12 december 2009

Muziek van de eeuw


Het eerste decennium van de 21e eeuw loopt op zijn eind, dus zijn muziekbladen overal ter wereld opeens bezig met het bepalen van de belangrijkste cd van de jaren ‘0, 2000 t/m 2009. Volgens de OOR-lijst zou dat dus ‘Is This It’ van The Strokes moeten zijn.

De top-100 in kwestie zegt mij weinig. Gelukkig staan er enkele van mijn favorieten tussen die wat mij betreft een heel wat hogere plaats verdienen (Elbow op 30, Bon Iver op 37, Green Day op 50).

Jong bloed
Opvallende afwezigen in de lijst: de gevestigde grote namen, zeg maar de ouwe lullen van de popmuziek. Ja, ergens verdwaald tussen al het jonge, nieuwerwetse geluid staat The Boss op 46 met´The Rising´, toch wel een essentiële post-09/11 cd, lijkt mij.

Mijn persoonlijke numero uno cd van de´Noughties’ staat toch nog op 39: het kaleidoscopische meesterwerk ‘Smile’ van Brian Wilson, geniale gek en inmiddels inderdaad een ouwe lul.

Tijdoverstijgend
Ja maar, hoor ik een enkeling mompelen, ‘Smile’ dateert toch uit 1966? Dat klopt. Maar de LP die ‘Sergeant Pepper’ naar de kroon had moeten (en kunnen) steken bleef onvoltooid tot 2004 en is daardoor in de meest letterlijke zin tijdoverstijgend. Bovendien is ‘Smile’ door zijn grenzeloze gelaagdheid ook niet in hokjes als ‘stijl’ of ‘periode’ te passen.

Meerdere malen per jaar draai ik deze cd en dvd integraal (wat op zich al een unicum is) en iedere keer opnieuw verrast en raakt Wilson’s geesteskind me. ‘Smile’ is complexe, supertijdloze muziek die ook over 20 jaar nog als klassiek zal klinken. Ik vraag me af of iemand dan nog weet wie The Strokes waren.

donderdag 10 december 2009

In plaats van woorden


Sterk beeld in de haven van Kopenhagen. Ter gelegenheid van de VN klimaattop heeft de Deense kunstenaar Jens Galschiot een sculptuur in de haven geplaatst, naast de overbekende zeemeermin.

‘The Survival of the Fattest' symboliseert de rijke geindustrialiseerde wereld, een volgevreten Vrouwe Justitia, op de schouders van een uitgemergelde Afrikaanse man.

Verdere woorden zijn overbodig.

zondag 6 december 2009

Post-Beatles genoegens


Het moge inmiddels bekend worden geacht: ik ben een Beatles-fanaat. (De enkele hardnekkige lezers van dit blog weten het al bij zo’n intro: daar komt weer zo’n lange lap tekst!).

Afgezien van wat vroege solo-LP’s interesseert wat de heren na de split in 1970 deden me echter maar matig. The Beatles waren The Beatles toen ze nog met z’n vieren waren; hun kracht was de som der delen.

Het zien van de indrukwekkende én amusante documentaire ‘How the Beatles rocked the Kremlin’ van Leslie Woodhead (met enig geduld hiero integraal te bekijken als Quicktime movie!) zette me toch onverwacht op twee solopaden, respectievelijk die van Paul en George.

Impact op de ziel
Natuurlijk wist ik wel dat The Fab Four in hun gloriejaren stiekem aanbeden werden achter het IJzeren Gordijn, maar hun enorme impact op het Sovjetbewustzijn is mij pas nas het zien van Woodhead’s docu duidelijk geworden. Die boys zitten als vrijheidssymbolen gewoon in de Russische ziel gebakken, zoveel maakt de film wel duidelijk en aannemelijk.

Fab Four folklore
Ronduit aandoenlijk is de ondergrondse folklore die er onder jongeren bestond. Zo was er het hardnekkige gerucht dat het viertal een impromptu concert op Russische bodem had gegeven toen ze een tanktussenstop maakten vanuit Japan. Een unplugged concert, op de vleugels van het vleugels van het vliegtuig maar liefst!

Een nummer als ‘Back in the USSR’ moet daar destijds de soundtrack van een droom geweest zijn.

Vanzelfsprekend is die befaamde Beatles-track (nota bene opgenomen met z’n drietjes –met Paul op drums- toen Ringo kwaad uit de sessies was gelopen) ook prominent aanwezig in de documentaire. En McCartney deed ’t live tijdens het Red Square Concert in Moskou 2003.

Beter laat dan nooit
De clip deed me besluiten dat concert eens in zijn geheel op DVD te lenen. Het mega-event was gek genoeg zes jaar geleden als historisch muziekmoment geheel aan mijn blikveld ontgaan. Tenslotte had ik McCartney’s soloactiviteiten de afgelopen 20 jaar ook nauwelijks echt gevolgd.

Verplichte kost
De DVD in kwestie blijkt een van de meest perfecte concertregistraties te zijn die ik in tijden gezien heb. Niet alleen worden de uitvoeringen van veel Beatles-songs perfect uitgevoerd door een strakke, veelzijdige band (met beer van een drummer!), ook de documentaire, goed gefilmde achtergrondinfo die de nummer doorsnijdt en de bonussen (extra concert in Sint Petersburg, een jaar later) maken dit tot een verplichte kijkervaring voor iedere Beatles liefhebber.

Publiek in de hoofdrol
En dan hebben we het nog niet over de hoofdrol gehad. Die is voor het uitzinnige publiek dat in diverse stadia van euforie & enthousiasme 30 jaar na dato alsnog een ontroerend en meeslepend bevrijdingsritueel ondergaat.

Had er goud voor gegeven om daarbij te zijn geweest. Nou ja, gelukkig hebben we de beelden nog.

Over naar George
Dat laatste geldt gelukkig ook voor het ‘Concert for George’, dat op 29 november 2002 –op de dag af precies een jaar na zijn dood- plaatsvond in de Londense Royal Albert Hall. Ook dat herdenkingsoptreden, georganiseerd door Eric Clapton, was tot op heden geheel aan me voorbijgegaan.

Superbandje
Clapton trommelde een rits bevriende muzikanten bijeen die een grote rol in het leven van George Harrison hebben gespeeld en die superband zorgde voor een bijzonder memorial concert waar de liefde van het podium straalt.
Act de presence gaven o.a. Ravi Shankar, Jeff Lynne, Tom Petty, Billy Preston en de twee surviving Beatles Ringo Starr en Paul McCartney.

George’s hoogbejaarde sitarleraar Ravi Shankar schreef speciaal voor de gelegenheid het prachtconcerto ‘Arpan’ dat onder leiding van zijn dochter Anouschka werd uitgevoerd door een mega-wereldorkest van oosterse en westerse klassieke musici.

Constrasten
Als pauzenummer kreeg het publiek de mannen van Monty Python (wier film ’Life of Brian’ ooit door George werd gefinancierd) voorgeschoteld met hilarische uitvoeringen van ‘Sit on my face’ en ‘The Lumberjack Song’. Een groter contrast lijkt nauwelijks denkbaar.

Daarna was het tijd voor de songs van George, gespeeld door dat superbandje. Prijsnummers? ‘Taxman’ (Tom Petty & The Heartbreakers). ‘My Sweet Lord’ (Billy Preston), ‘Something’ en ‘While my guitar gently weeps’ (met Clapton, McCartney en Starr in de hoofdrol), er zijn hoogtepunten te over.

Reïncarnatie van George
Maar ontroerendst van al is dat tussen die reeks popgiganten een jong, schuchter kereltje meespeelt op gitaar. Het is Dhani Harrison, die een sprekende gelijkenis vertoont met paps in zijn jonge jaren en de aanwezigheid van good old George bij het gebeuren haast tastbaar maakt.

Ik zei het al in een eerder postje: Beatles are everywhere. En het mooiste is: hun publieke en persoonlijke impact blijft me zelfs met terugwerkende kracht nog verrassen.