zondag 20 december 2009

De knallers van 2009


De decembermaand heeft zo z’n ingesleten tradities: kitschlampjes, overvloedige kerstinkopen, de Top 2000 en uiteraard de Eindejaarslijstjes. Hieronder my personal favorites van het afgelopen jaar.

Cd’s
Beatles Remastered Box
Great Lake Swimmers – Lost Channels
The Low Anthem – Oh My God, Charlie Darwin
Grizzly Bear – Veckatimest
Edward Sharpe & The Magnetic Zeros – Up from below
Levon Helm – Electric Dirt
Ray Davies – Kinks Choral Collection
The Asteroids Galaxy Tour – Fruit
Fuck Buttons – Tarot Sport.

Naast de Box der Boxen dit jaar opvallend veel nieuwe americana en alt country in mijn cd-lijstje, maar ook twee ouwe meesters. Ter compensatie, aan het andere eind van het muzikale spectrum de zomerse samplepop van The Asteroids Galaxy Tour en de noise-mantra’s van Fuck Buttons.

Concert
Shantel in Paradiso.

Tv-serie
Dexter (highly addictive!).

Muziek-DVD
Leonard Cohen – Live at the Isle of Wight 1970
Leonard Cohen – Live London 2008
Paul McCartney - Concert in Red Square
Concert for George.

Ja maar, die laatste twee zijn toch al een paar jaar oud? Zeker, maar ik heb ze dit jaar pas ontdekt. En het is en blijft tenslotte wel mijn lijst natuurlijk.

zaterdag 12 december 2009

Muziek van de eeuw


Het eerste decennium van de 21e eeuw loopt op zijn eind, dus zijn muziekbladen overal ter wereld opeens bezig met het bepalen van de belangrijkste cd van de jaren ‘0, 2000 t/m 2009. Volgens de OOR-lijst zou dat dus ‘Is This It’ van The Strokes moeten zijn.

De top-100 in kwestie zegt mij weinig. Gelukkig staan er enkele van mijn favorieten tussen die wat mij betreft een heel wat hogere plaats verdienen (Elbow op 30, Bon Iver op 37, Green Day op 50).

Jong bloed
Opvallende afwezigen in de lijst: de gevestigde grote namen, zeg maar de ouwe lullen van de popmuziek. Ja, ergens verdwaald tussen al het jonge, nieuwerwetse geluid staat The Boss op 46 met´The Rising´, toch wel een essentiële post-09/11 cd, lijkt mij.

Mijn persoonlijke numero uno cd van de´Noughties’ staat toch nog op 39: het kaleidoscopische meesterwerk ‘Smile’ van Brian Wilson, geniale gek en inmiddels inderdaad een ouwe lul.

Tijdoverstijgend
Ja maar, hoor ik een enkeling mompelen, ‘Smile’ dateert toch uit 1966? Dat klopt. Maar de LP die ‘Sergeant Pepper’ naar de kroon had moeten (en kunnen) steken bleef onvoltooid tot 2004 en is daardoor in de meest letterlijke zin tijdoverstijgend. Bovendien is ‘Smile’ door zijn grenzeloze gelaagdheid ook niet in hokjes als ‘stijl’ of ‘periode’ te passen.

Meerdere malen per jaar draai ik deze cd en dvd integraal (wat op zich al een unicum is) en iedere keer opnieuw verrast en raakt Wilson’s geesteskind me. ‘Smile’ is complexe, supertijdloze muziek die ook over 20 jaar nog als klassiek zal klinken. Ik vraag me af of iemand dan nog weet wie The Strokes waren.

donderdag 10 december 2009

In plaats van woorden


Sterk beeld in de haven van Kopenhagen. Ter gelegenheid van de VN klimaattop heeft de Deense kunstenaar Jens Galschiot een sculptuur in de haven geplaatst, naast de overbekende zeemeermin.

‘The Survival of the Fattest' symboliseert de rijke geindustrialiseerde wereld, een volgevreten Vrouwe Justitia, op de schouders van een uitgemergelde Afrikaanse man.

Verdere woorden zijn overbodig.

zondag 6 december 2009

Post-Beatles genoegens


Het moge inmiddels bekend worden geacht: ik ben een Beatles-fanaat. (De enkele hardnekkige lezers van dit blog weten het al bij zo’n intro: daar komt weer zo’n lange lap tekst!).

Afgezien van wat vroege solo-LP’s interesseert wat de heren na de split in 1970 deden me echter maar matig. The Beatles waren The Beatles toen ze nog met z’n vieren waren; hun kracht was de som der delen.

Het zien van de indrukwekkende én amusante documentaire ‘How the Beatles rocked the Kremlin’ van Leslie Woodhead (met enig geduld hiero integraal te bekijken als Quicktime movie!) zette me toch onverwacht op twee solopaden, respectievelijk die van Paul en George.

Impact op de ziel
Natuurlijk wist ik wel dat The Fab Four in hun gloriejaren stiekem aanbeden werden achter het IJzeren Gordijn, maar hun enorme impact op het Sovjetbewustzijn is mij pas nas het zien van Woodhead’s docu duidelijk geworden. Die boys zitten als vrijheidssymbolen gewoon in de Russische ziel gebakken, zoveel maakt de film wel duidelijk en aannemelijk.

Fab Four folklore
Ronduit aandoenlijk is de ondergrondse folklore die er onder jongeren bestond. Zo was er het hardnekkige gerucht dat het viertal een impromptu concert op Russische bodem had gegeven toen ze een tanktussenstop maakten vanuit Japan. Een unplugged concert, op de vleugels van het vleugels van het vliegtuig maar liefst!

Een nummer als ‘Back in the USSR’ moet daar destijds de soundtrack van een droom geweest zijn.

Vanzelfsprekend is die befaamde Beatles-track (nota bene opgenomen met z’n drietjes –met Paul op drums- toen Ringo kwaad uit de sessies was gelopen) ook prominent aanwezig in de documentaire. En McCartney deed ’t live tijdens het Red Square Concert in Moskou 2003.

Beter laat dan nooit
De clip deed me besluiten dat concert eens in zijn geheel op DVD te lenen. Het mega-event was gek genoeg zes jaar geleden als historisch muziekmoment geheel aan mijn blikveld ontgaan. Tenslotte had ik McCartney’s soloactiviteiten de afgelopen 20 jaar ook nauwelijks echt gevolgd.

Verplichte kost
De DVD in kwestie blijkt een van de meest perfecte concertregistraties te zijn die ik in tijden gezien heb. Niet alleen worden de uitvoeringen van veel Beatles-songs perfect uitgevoerd door een strakke, veelzijdige band (met beer van een drummer!), ook de documentaire, goed gefilmde achtergrondinfo die de nummer doorsnijdt en de bonussen (extra concert in Sint Petersburg, een jaar later) maken dit tot een verplichte kijkervaring voor iedere Beatles liefhebber.

Publiek in de hoofdrol
En dan hebben we het nog niet over de hoofdrol gehad. Die is voor het uitzinnige publiek dat in diverse stadia van euforie & enthousiasme 30 jaar na dato alsnog een ontroerend en meeslepend bevrijdingsritueel ondergaat.

Had er goud voor gegeven om daarbij te zijn geweest. Nou ja, gelukkig hebben we de beelden nog.

Over naar George
Dat laatste geldt gelukkig ook voor het ‘Concert for George’, dat op 29 november 2002 –op de dag af precies een jaar na zijn dood- plaatsvond in de Londense Royal Albert Hall. Ook dat herdenkingsoptreden, georganiseerd door Eric Clapton, was tot op heden geheel aan me voorbijgegaan.

Superbandje
Clapton trommelde een rits bevriende muzikanten bijeen die een grote rol in het leven van George Harrison hebben gespeeld en die superband zorgde voor een bijzonder memorial concert waar de liefde van het podium straalt.
Act de presence gaven o.a. Ravi Shankar, Jeff Lynne, Tom Petty, Billy Preston en de twee surviving Beatles Ringo Starr en Paul McCartney.

George’s hoogbejaarde sitarleraar Ravi Shankar schreef speciaal voor de gelegenheid het prachtconcerto ‘Arpan’ dat onder leiding van zijn dochter Anouschka werd uitgevoerd door een mega-wereldorkest van oosterse en westerse klassieke musici.

Constrasten
Als pauzenummer kreeg het publiek de mannen van Monty Python (wier film ’Life of Brian’ ooit door George werd gefinancierd) voorgeschoteld met hilarische uitvoeringen van ‘Sit on my face’ en ‘The Lumberjack Song’. Een groter contrast lijkt nauwelijks denkbaar.

Daarna was het tijd voor de songs van George, gespeeld door dat superbandje. Prijsnummers? ‘Taxman’ (Tom Petty & The Heartbreakers). ‘My Sweet Lord’ (Billy Preston), ‘Something’ en ‘While my guitar gently weeps’ (met Clapton, McCartney en Starr in de hoofdrol), er zijn hoogtepunten te over.

Reïncarnatie van George
Maar ontroerendst van al is dat tussen die reeks popgiganten een jong, schuchter kereltje meespeelt op gitaar. Het is Dhani Harrison, die een sprekende gelijkenis vertoont met paps in zijn jonge jaren en de aanwezigheid van good old George bij het gebeuren haast tastbaar maakt.

Ik zei het al in een eerder postje: Beatles are everywhere. En het mooiste is: hun publieke en persoonlijke impact blijft me zelfs met terugwerkende kracht nog verrassen.

zondag 29 november 2009

Take me to Jamaica!


It’s that time of the season again: het water komt met bakken uit de hemel, ik heb een kop vol snot en ben –zoals ieder jaar rond deze tijd- het Nederlandsche klimaat weer eens kotsbeu.

Vluchtwijziging
Kortom, er lijkt geen beter moment denkbaar om naar zonniger oorden uit te kijken. De afgelopen paar jaar vlogen wij als winteronderbreking steevast naar het Verre Oosten en er bestonden al plannen om in februari Sri Lanka aan te doen. Om diverse redenen richten wij de blik ditmaal westwaarts, naar het Caraïbisch gebied om precies te zijn. Ja, met ons kun je alle kanten op!

Zonnige vooruitzichten
Over precies twee maanden vliegen we voor 12 dagen naar Negril, Jamaica, gevolgd door een week cultuursnuiven in Havana, Cuba. Wij verheugen ons op oogstrelende architectuur, azuurblauwe wateren, zonnige stranden met verkoelend briesje, lome reggae, swingende Cubaanse salsa, Mojito cocktails, goat curry en wat zich nog meer op de menukaart aandient.

Met die vooruitzichten moet het toch lukken om die vervelende decembermaand door te komen?

donderdag 12 november 2009

Prikkelende promo


Tijdens mijn recente bezoek aan Amsterdam kwam ik in de stad regelmatig intrigerende affiches tegen met prachtige, erotisch getinte foto’s. De constante was dat er deels ontblote dames op stonden die wijdbeens zitten te breien met een knotje wol strategisch geplaatst op de meest intieme lichaamsplek.

Als enige boodschap werd een URL gecommuniceerd. En dat intrigeerde nog extra.

Eenmaal thuisgekomen schoot me later dat internetadres weer te binnen. Het bleek een nieuw glossy tijdschrift te zijn dat onlangs gepresenteerd was en dat ook online in een verrassende vorm te doorbladeren is.

De foto’s in kwestie bleken gemaakt door de jonge fotografe Eunice Lieveld die nog veel meer fraaie platen heeft geschoten, die zij presenteert op een al even stijlvolle website.

Uiteraard zijn er altijd mensen die dit ‘schokkende kunst’ vinden. Toegegeven, ik zie het in mijn woonplaats Vlissingen nog niet zo gauw in het straatbeeld opduiken. Maar de verkrampte manier waarop men er onlangs in Schiedam mee omging lijkt niet van deze tijd.

Ik zou dit moois maar wat graag in mijn huiskamer hebben hangen. Zonder gordijntje

dinsdag 3 november 2009

Ode an die Freude

Alex Ebert was ooit zanger bij een obscuur noisy punkbandje uit L.A., raakte zwaar verslaafd aan heroïne, kickte af en zag Het Licht. Nee, niet in den Heer. Ebert verspreidt nu zijn eigen blijde boodschap als voorganger in het hippie folkcollectief Edward Sharpe & The Magnetic Zeros.

Onweerstaanbaar aanstekelijk
Hoewel hun debuut-cd ‘Up From Below’ soms wat incoherent en is en eigenlijk te lang duurt, staan er veel songs op die zelfs de meest herfstige cynicus gegarandeerd doen rondhuppelen en meezingen. Want de blijheid en soms wat geëxalteerde passie van deze 11 man/vrouw sterke muzikale commune is vaak verdomd aanstekelijk.



Ik geloof graag de berichten dat dit live een meeslepend orkestje is. Kijk ter illustratie maar eens naar bovenstaand sfeerclipje, opgenomen ergens in een kleine club. Wie dit niet evangelisch leuk vindt, hake af en make terstond een afspraak met de psychotherapeut.

Volgende cd, iets meer focus, iets minder spacecake en het komt allemaal dik in orde met blije Alex. Het is hem van harte gegund, en dat Hij met zijn muzikale harem maar gauw het kleine zalencircuit in dit land moge aandoen. Ik zal er zijn.

(bonus clips: hiero & hiero)

zaterdag 31 oktober 2009

Mens Machine


Echt origineel is het natuurlijk al lang niet meer om de mensch met een autonoom functionerende machine te vergelijken. Ouwe koek, kijk maar naar deze poster van Fritz Kahn uit 1927.

Maar het is wel weer helemaal van deze tijd om zo’n plaat prachtig te animeren. De Duitse ontwerper Henning Lederer deed het en zette het resultaat online.

Wel full-screen bekijken; nog mooier.

woensdag 28 oktober 2009

Eindelijk, na 40 jaar wachten!


Toeval bestaat niet. Of toch?

Had ik vorige week nog een gesprek met collega-muziekliefhebber P. over legendarische concerten die nu toch eindelijk wel eens op DVD mogen verschijnen. Daarbij noemde ik als voorbeeld het optreden van Leonard Cohen op het Isle of Wight Festival 1970 , waarvan tot op heden alleen een prachtregistratie van ‘Suzanne’ op de festivalcompilatie-DVD ‘Message to Love’ beschikbaar was.

Op mijn wenken bediend
Loop ik in Amsterdam muziekwinkel Concerto binnen en waarop valt als eerste mijn gretige oog? Yes, de net verschenen DVD/CD van dat roemruchte concert! Wat een onverwacht genoegen om dit nu eindelijk eens integraal te kunnen zien, en dan ook nog eens met prima beeld & geluid.

Cohen’s set is in de muziekgeschiedenis net zo roemrucht als het festival zelf, dat de Engelse pendant van Woodstock moest worden. De derde editie van wat drie jaar daarvoor als mini-festival met 10.000 bezoekers was begonnen overtrof inderdaad alle mogelijke verwachtingen, maar dan vooral ook in negatieve zin.

Concentratiekamp
Er kwamen naar schatting 800.000 hippies op af waarvan een geradicaliseerd deel de toegangsprijs uit ideologische principes weigerde te betalen, zich terugtrok, op de heuvels boven het festivalterrein en van daaruit de omheiningen bestookte. In hun ogen was het muziekfeest een ‘psychedelisch concentratiekamp’ en een commerciële sell-out.

Toen de organisatie –gedwongen door de chaos en het geweld- uiteindelijk na enige tijd zwichtte en een ‘free festival’ proclameerde, was het leed al geschied. Er bleef een grimmige atmosfeer heersen: slecht hoorbare singer-songwriters werden bekogeld en uitgejouwd, politiek bevlogen activisten beklommen het podium om een statement af te leggen. Kortom, lekker sfeertje; love & peace, weetjewel…

Cool in de chaos
Ver na middernacht was dan eindelijk de beurt aan Cohen, die als voorlaatste artiest van de slotdag geprogrammeerd stond. Vóór hem had Jimi Hendrix nog gespeeld met vlammen in de nok van het podium. Toen Leonard hoorde dat er geen orgel en piano meer waren (in de fik gestoken en de bühne afgemieterd) meldde hij dat ie een tukje ging doen en dat ze hem maar moesten waarschuwen wanneer er vervangende instrumenten waren. Kijk, dat noem ik cool.

Kippenvel
Wat uiteindelijk volgde was een 70 minuten durende set vol kippenvelmomenten. De 32-jarige Canadese dichter/zanger, die een jaar geleden zijn tweede album ‘Songs from a room’ had uitgebracht, betrad de stikdonkere arena en betoverde de enorme menigte met een intiem en bevlogen concert. Ondersteund door een geconcentreerde backing group hypnotiseerde hij zijn publiek met prikkelende improvisaties, gedichten en gloednieuwe songs van zijn nog te verschijnen album ‘Songs of Love and Hate’.

Prachtig om dit magische optreden bijna 40 jaar na dato comfortabel vanaf de huiskamerbank te kunnen aanschouwen. De tijd dat ik moeiteloos modder en nachtelijke kou kon doorstaan ligt inmiddels namelijk ver achter mij.

Historische registratie
Dit is klassiek materiaal, DVD van het Jaar in de categorie Historische Registraties, wat mij betreft. Cohen beconcurreert trouwens zichzelf, want ook ‘Live in London’ -de dit voorjaar verschenen concertregistratie van de inmiddels 75-jarige bard- is een onbetwist monument.

Dat je voor 20 euri tegenwoordig nog zoveel moois kan krijgen. Wat nou crisis?

maandag 26 oktober 2009

Hoe ik mijn verjaardag vierde


Als voortijdig verjaardagscadeau tracteerde Mevrouw Q mij op een culinair-cultureel weekendje Amsterdam.

Het onbetwiste hoogtepunt (naast het fantastische diner in De Kersentuin en de ontdekking van de beste Mojito ter wereld) was het concert van Shantel en zijn Bucovina Club Orkestar in Paradiso.

Balkan beats
De Duitse producer Stefan Hantel begon zijn muzikale carrière als dance DJ, maar herontdekte begin 2000 de muzikale roots van zijn Roemeense voorouders. Sindsdien populariseerde hij die volksmuziek door de aanstekelijke ‘Bucovina Club’ remix-compilaties vol hedendaagse Balkan beats maar ook middels eigen cd’s als ‘Disko Partizani’ (2007) en ‘Planet Paprika’ (2009).

Door zijn pionierswerk volgde al snel een stortvloed aan nieuwe acts zoals Dunkelbunt en Balkan Beat Box, die samples uit pure volksmuziek koppelden aan hedendaagse ritmes waarbij het onmogelijk stil zitten is.

Feedbackende viool
Dat gold ook voor Paradiso waar Shantel aantrad met een superenthousiaste band waaraan twee nieuwe zangeressen waren toegevoegd. Vanaf het allereerste nummer vlamde het zevenkoppige orkest en stond de zaal compleet op z’n kop.
Een van de climaxen was de solo van een van de violisten die zijn snaren compleet aan flarden speelde en à la Hendrix zijn instrument gierend liet feedbacken door ‘m bij een van de speakers te houden.

Wat een band! Wat een publiek! Wat een feest! Mijn verjaardag, die pas over vier weken is, kan nu al niet meer stuk. Hier kan ik nog wel een maand (of langer) op teren.

dinsdag 13 oktober 2009

Een goed najaar


De vruchten zijn verkocht.
De boeren betalen de pacht aan de Heren.
De vliegen vallen dood op tafel.
Het regent gulzig en de bieten glanzen.
De akkers verteren hun moederkoek
en stijf in de wolken nadert de winter.
Morgen koop ik zeven kannen olie
en een nieuwe bril om in het boek te lezen.
Deze winter ga ik nog niet dood.

Paul Snoek
uit: Gedichten 1954-1968.

zondag 11 oktober 2009

Oh my God!



Door herfstige weeromstandigheden helaas gedwongen meer binnenshuis te verblijven. Maar dan kom je eindelijk ook eens aan die lang uitgestelde thuisklusjes toe. Zoals daar zijn: het (re)organiseren van mijn muziekcollectie, en meer in het bijzonder het beluisteren en ordenen van al die gedownloade muziekjes van de afgelopen maanden.

En dan kan het voorkomen dat je daartussen soms haastig-halfbeluisterde albums tegenkomt die met terugwerkende kracht pareltjes blijken te zijn.

Neem bijvoorbeeld ‘Oh My God, Charlie Darwin’, de tweede cd van de Amerikaanse ‘folkband’ The Low Anthem.
Al een tijdje uit, maar nu pas valt in Huize Q het muntje: dit is een onbetwiste kandidaat voor het cd-eindejaarlijstje.

Het trio opereert in hetzelfde alt country en americana hoekje, waar vergelijkbare geesten als Great Lake Swimmers en Iron & Wine ook actief zijn. Dat betekent dus breekbare, vaak verstilde nummers met soms hemelse harmonieën en veel atmosfeer; luistermuziek met een extra laagje.

Wat goed is, komt nooit te laat. Perfect najaarsplaatje!

woensdag 7 oktober 2009

Huishoudelijke mededeling


Zoals ik ooit al eerder meldde, komt het merendeel van mijn bezoekers bij toeval terecht op dit prachtblog, omdat ik verder nergens iets aan promotie doe. Ja, ik zet een klein bannertje mét clicklink onderaan mijn privé mailberichten, maar blijkbaar vindt mijn kennissenkring het aanklikken daarvan teveel moeite. Of ze snappen gewoon niet waar het voor dient. Fijne kennissenkring, maar dit terzijde.

Uit een analyse van mijn statistiekjes blijkt dat bijna 20% van mijn recente bezoekers op zoek is naar ‘pedo plaatjes’. Het lijkt erop dat alle hitsige badmeesters van Nederland via die zoekterm hier terechtkomen.

Het was natuurlijk vragen om moeilijkheden toen ik ooit dit opiniërend stukje op mijn blog plaatste, maar toch… Ik zeg het nog 1 keer voor alle duidelijkheid: DIT IS GEEN PEDOBLOG. Opdonderen of ik geef jullie IP-adressen door aan de Pedo Politie!

Maar juist door het feit dat ik deze woorden hier neertik, zal ik onder de zweminstructeurs alleen maar hoger in de Google-ranking eindigen.

It’s a sick and crazy world…

maandag 5 oktober 2009

Onleuke feel good film


Wat precies feel good movies zijn, daarover valt te discussiëren. En al helemaal over wat een echt goeie feel good movie is.

Voor mij zijn de enige echte criteria dat er een intelligent script moet zijn, met kop-en-staart, dat er het nodige te lachen valt, maar dat er ook een dramatische ontwikkeling is én dat ik de film nog meerdere malen kan en wil herbekijken.

Ter illustratie zo maar een vijftal willekeurige favorieten: ‘Amélie’, ‘Forrest Gump’, ‘Groundhog Day’, ‘Four Weddings and a Funeral’ en ‘Juno’.

Gemakzuchtige mix
Aangelokt door een leuke cast, een leuk gegeven (het wel en wee op een piratenstation in de sixties) en zeker ook door de reputatie van schrijver/regisseur Richard Curtis, bekeek ik afgelopen weekend ‘The Boat That Rocked’.
Na drie kwartier had ik het wel gezien. De film voldeed op geen enkele manier aan mijn hierboven geformuleerde criteria. Wat een gemakzuchtige mix van platte humor, onderbroekenlol en clichés!

Dit is (vergeef mij de woordspeling) een ronduit stuurloze film, en daar kan zelfs de sterrencast met o.a. Philip Seymour Hoffman en Kenneth Branagh en een leuke soundtrack nix aan veranderen.

Tip: koop/leen een verzamelbox met radiohits uit de sixties en verzin er zelf de beelden bij.

Ikzelf gooi binnenkort mijn all-time favourite ‘The Big Lebowsky’ maar weer eens voor de 10e keer in de DVD-la.

zaterdag 3 oktober 2009

Mooie plaatjes


Van luister- naar kijkplaatjes is in dit blog maar een kleine stap met dit overzicht van de fraaiste landschaps- en dierenfoto’s, uitgekozen door National Geographic.

Nog veel meer fotomoois hiero.

donderdag 24 september 2009

Autumn Almanac


Wie door al die Beatles-postjes van de afgelopen tijd mocht denken dat ik maar één bandje echt leuk vind, zal ik hierbij uit de droom helpen. Ik heb op z’n zachtst gezegd namelijk nogal een brede muzikale smaak. Qua tijdgenoten van The Fab Four heb ik bijvoorbeeld ook The Kinks heel erg hoog zitten.

Perfecte popsongs
Oprichter/tekstschrijver Ray Davies verdient wat mij betreft de Nobelprijs voor de Perfecte Popsong. En hij heeft er in die categorie heel wat op zijn naam staan. Zoals hij zelf terecht ooit zonder valse bescheidenheid opmerkte: ‘I’ve only written about 200 good songs, the rest were B-sides’. Hij zal er denk ik niet ver naast zitten.

In 1963 begonnen The Kinks hun carrière in de slipstream van The Beatles. Het was de tijd van de Britse Invasie en op de eerste drie LP’s klonk de band nog als het zoveelste aardige beatgroepje. Met heel wat klassieke singlehits en dito gitaarriffs, dat wel.

Sociaal observator
Dat Ray ook tekstueel heel wat anders in zijn mars had bleek o.a. al bij tophits als ‘A Well Respected Man’, ‘Dedicated follower of fashion’, en ‘Sunny Afternoon’. De echte kentering begon in 1966 duidelijk te worden met de LP ‘Face to Face’ waarop Ray zijn nieuwe rol van milde sociale observator verder doorontwikkelde en steeds nostalgischer en introspectiever songs ging schrijven.

Nostalgische concept-LP
Terwijl zijn generatiegenoten op straat demonstreerden tegen Vietnam en vóór een betere wereld, de Stones ‘Street Fighting Men’ opnamen en Lennon licht aarzelend over ‘Revolution’ zong, maakten Davies & co. in 1968 de allereerste concept-LP: ‘The Village Green Preservation Society’. Een harmonisch album waarin de 24-jarige Ray vol weemoed een verloren jeugd en het verlangen naar vroeger tijden bezong vanuit verschillende invalshoeken.

De LP in kwestie flopte destijds volkomen en werd als concept-album een paar maanden later voorbijgestreefd door het monumentale ‘Tommy’ van The Who, maar geldt tegenwoordig bij muziekcritici en –liefhebbers als een van de ijkpunten in het werk van The Kinks.

Veertig jaar na dato zijn The Kinks al lang ter ziele. Ray Davies treedt af & toe nog op; solo of met gelegenheidsbandjes. In 2007 vertolkte hij tijdens de Electric Proms eenmalig een drietal van grootste hits, begeleid door een 65 man/vrouw sterk koor. Pas afgelopen zomer verscheen als vervolg op deze bijzondere samenwerking een studioversie met nog dertien andere nummers onder de titel ‘The Kinks Choral Collection’.

Edelkitsch?
De Engelse pers is veelal juichend, maar ja, de 65-jarige Davies heeft daar dan ook de terechte status van ‘godfather of Britpop’. De meeste Nederlandse muziekrecensenten blijken dit helaas brave edelkitsch te vinden. Ikzelf wou dat het een dubbel-cd geworden was!

Toegegeven, uitgerekend de vroege riff-nummers ‘You really got me’ en ‘All day and all of the night’ werken niet als koorversie, maar de rest is van een ongekende pracht. ‘Waterloo Sunset’ (een van de mooiste popsongs aller tijden) ontroert opnieuw en ‘Victoria’ swingt de pan uit, terwijl ‘Days’ en ‘See my friends’ een bijna sacrale schoonheid kennen.

Extra leuk is het feit dat op de cd een hele zwik nummers van ‘Village Green Preservation Society' in een nieuw koorjasje staan. Blijkbaar rekent ook Ray dit tot het beste werk uit zijn gigantische songbook.

‘God save little shops, china cups and virginity, Donald Duck, vaudeville and variety’, schreef hij ooit.

God bless Ray Davies, zou ik tot slot nog willen toevoegen.

vrijdag 18 september 2009

Tijdige kijktip


Dexter Morgan is een briljant forensisch specialist bij de afdeling moordzaken in Miami, met als specialisme het analyseren van bloedpatronen op crime scenes.
In de ogen van velen is hij een succesvolle all-American guy, maar Dexter heeft een duistere kant die hij zeer slim voor de buitenwereld weet te verbergen. Dexter is namelijk een serial killer die in zijn vrije tijd seriemoordenaars naar de andere wereld helpt.

Intelligente serie
Dit is het op zich al bijzondere uitgangspunt van een al even bijzondere tv-serie, die in Amerika inmiddels aan zijn vierde seizoen toe is.
Maar ‘Dexter’ is meer dan een aardig idee: de serie is uiterst intelligent gemaakt, kent prima bijpersonages (die vaak ook weer een verborgen kant hebben), gitzwarte humor en heeft vele diepere lagen, spanningsbogen en dramatische plotwendingen.

Niet alleen is de hoofdpersoon zich ten volle bewust van zijn sociopathische gedrag en hunkert hij eigenlijk naar een huisje-boompje-beestje bestaan, als kijker krijg je bovendien gaandeweg meer inzicht in hoe Dexter’s gevoelloze leegte veroorzaakt is door een verschrikkelijk jeugdtrauma.

Glansrol
De hoofdrol wordt fantastisch neergezet door Michael C. Hall, die eerder een glansrol vertolkte in nog zo’n klasse-serie: ‘Six Feet Under’, en vooral zijn interne monologen zijn van een soms literaire kwaliteit.

In november zal de VPRO 'Dexter’ dagelijks gaan uitzenden. Aan ons zal het niet besteed zijn, want wij hebben hier in Huize Q er dan al drie (en waarschijnlijk vier) seizoenen op zitten.

Als rechtgeaarde seriejunks zijn wij namelijk al weken in de ban van deze sublieme serie, die een collega (thanx PeterM) voor ons van internet geplukt heeft. Vrijwel iedere avond nestelen we ons avond voor de buis voor onze dagelijkse portie ‘killer tv’.

Dus hou de VPRO-programmering in de gaten, want Dexter is coming!

maandag 14 september 2009

Here, there and everywhere (2)


In een parallel universum treden The Beatles nog op in kraagloze jasjes, doen ze Shadows-pasjes, en speelt Ringo geen drums, maar gitaar. Bovendien zijn ze met z’n vijven en is hun front man niet John (of Paul), maar een kruising tussen Elvis en Gary Glitter…

Wie nu denkt dat d’Oude Q inmiddels van God los is geraakt door een overdose aan Beatles psychedelica, overtuige zichzelve van het tegendeel aan de hand van dit fillumpie.

Back to Mono!
Het voorgaande is niet meer dan een snel vullertje, want ik heb het hier nog steeds druk met de echte Fab Four. Vandaag via naamgenoot/collega ook de Remastered Mono Mixes ontvangen, en die moeten natuurlijk uitgebreid gecheckt worden.

In de nog steeds (en opnieuw) woedende discussies over welke mixes nou beter zijn, zal ik mij niet snel mengen. Soms heb ik qua compactheid een voorkeur voor mono, de andere keer prefeer ik de doortekendheid van een steroversie. Ik had in een grijs verleden tenslotte niet voor nix zowel de mono- als de stereo-persing van ‘Sergant Pepper’ op LP. Was/is een wereld van verschil.

Zie mezelf binnenkort nog wel eens hun singletjes opnieuw draaien. Dokter, word ik nu al kinds?

vrijdag 11 september 2009

Historische momenten

Het is hier in Huize Q nog steeds Beatles Feestweek. Iedere dag belanden er wel één of meer albums uit de Remastered box in de cd-lade om integraal met de ogen dicht te worden herbeluisterd. Gisteren was de cd ‘Help’ aan de beurt en ik maakte acuut weer een trip down Memory Lane.

Wanhoopskreet
De single ‘Help’ kwam uit in de zomer van 1965. Over een paar maanden zou ik 14 worden. The Beatles waren (toen ook al) mijn favoriete bandje, maar pas in later jaren zou ik de genialiteit van hun muziek gaan horen & inzien. Ook had ik toen nog geen flauw idee dat dit poppy nummertje in werkelijkheid een welgemeende wanhoopskreet van John Lennon was.
Samen met het eerdere ‘I’m a loser’ en het latere ‘Norwegian Wood’ behoort ‘Help’ tot de eerste nummers waarin Lennon –onder invloed van o.a. Bob Dylan- tekstueel persoonlijker (en kwetsbaarder) uit de hoek durfde te komen.

Maar ook die teksten hadden toen nog niet echt mijn aandacht. Ik blèrde als pre-pubertje alle liedjes mee in een soort fonetisch Engels. Tot hilariteit van een oudere buurjongen verbasterde ik het Help-refrein zelfs tot ‘Help me get my feets back on the ground’.

Misheard lyrics
Nu komen dergelijke ‘misheard lyrics’ wel vaker voor, ook bij Engelstalige luisteraars.
Het overkwam zelfs Bob Dylan toen hij het viertal op 28 augustus 1964 voor het eerst ontmoette. Hij veronderstelde dat de boys net als hij wel bekend waren met marijuana; ze zongen in ‘I wanna hold your hand’ toch niet voor niets ‘I get high, I get high’? Bawb zat er nog verder naast dan ik met ‘Help’, want ze zongen heel wat anders, namelijk ‘I can’t hide, I can’t hide’.

Bij die gelegenheid werden The Fab Four alsnog door His Bobness ingewijd in de geheime genoegens van pot. The Beatles, hun muziek en de rest van de wereld zouden daarna nooit meer hetzelfde zijn…

dinsdag 8 september 2009

Here, there and everywhere



De naderende komst van de Remastered-box doet mij dik 40 jaar na dato mijn zoveelste Beatles-revival beleven.

Collectief bewustzijn
Eerder dit jaar gebeurde dat al bij het lezen van het briljante boek ‘Hoe The Beatles de wereld veranderden’. Een recent artikel in het gezaghebbende Engelse muziek magazine Uncut werd opnieuw aannemelijk en aanschouwelijk gemaakt dat de muziek en de attitude van het viertal inmiddels onderdeel uitmaken van het collectief bewustzijn van (in ieder geval een groot deel van) de mensheid. Als dat wat pompeus moge klinken, dan geldt die stelling toch zeker voor mijn bewustzijn.

Beatlesdingetjes, muzikale citaten of bandjes die er zonder dat ze het soms zonder het te (willen) weten schatplichtig aan zijn, ik kom ze overal en soms nog dagelijks tegen.

Beatles op Bali
Bovenstaand plaatje bijvoorbeeld schoot ik in het voorjaar van 2009 tijdens onze Bali-vakantie, toevalligerwijs het jaar waarin wordt herdacht dat de LP 'Abbey Road' (technisch gezien het slotakkoord van The Beatles) verscheen met als famous final words… Inderdaad ja.
Op diezelfde vakantie vroeg ik een vriendelijke Balinees de essentie van zijn Hindoegeloof aan mij uit te leggen. Zijn antwoord was kort & helder: “I am he as you are me as you are he and we are altogether’. Ik moest me inhouden om niet gevat guitig te repliceren met ‘I am the Walrus, goo goo ga joob’.

Eenmaal terug thuis bleek het stadhuiscarillon als zomerrepertoire zelfs een aantal Beatles songs, waaronder 'Penny Lane', op de vaste uren te laten weerklinken. Tuurlijk, toeval. Wat ik maar wil zeggen is dat The Beatles en hun muziek tot het grote cultuurgoed van de wereld zijn gaan horen.

Voorliefde
Ik persoonlijk heb aan die mannen een voorliefde overgehouden voor driestemmige zang, ronde brilletjes, lekkere bassen, psychedelische kleuren en surreële humor, om maar een paar dingen te noemen. En Harrison’s fascinatie voor Indiase muziek sprong in mijn puberteit blijvend op mij over.

India calling
Pas een paar jaar geleden resulteerde dat in twee Goa-vakanties waarbij ik eindelijk iets van het magische India leerde kennen. Afgelopen weekend zelfs besloten op mijn 60e eindelijk de grote sprong naar het echte India te maken. Als ik het mij gegund is (tja, ‘Tomorrow never knows’ nietwaar?) hoop ik als verjaardagscadeau dan eindelijk een bezoek te brengen aan Varanasi, de heiligste stad van India en er o.a. op de Ganges te dobberen, begeleid door sitarmuziek.

O ja, Varanasi heette ooit Benares. En dat was weer de geboorteplaats van sitarmeester Ravi Shankar, van wie George zijn eerste lessen kreeg. Dezelfde Beatle wiens as in 2001 in de Ganges werd uitgestrooid…

Kijk dat bedoel ik nou, The Beatles zijn gewoon part of my life.

zondag 6 september 2009

Impuls aankoopje


Komende woensdag (09-09-09, want number 9 was Lennon’s favoriete getal) verschijnt dan eindelijk het complete, geremasterde oeuvre van The Beatles in een fraaie box waar door menigeen al tijden reikhalzend naar werd uitgezien. Ook door schrijver dezes die inmiddels over een kast vol audiovisuele Beatleszaken beschikt.

Digitale restauratie
Natuurlijk staan daar ook de officiële releases uit de 80-er jaren tussen, maar die waren toen nog 1-op-1 zonder remastering analoog op cd gekwakt en klinken nu naar hedendaagse maatstaven wat dunnetjes.
De eerste vier albums verschenen zelfs als mono-cd’s, omdat producer George Martin dat destijds beter vond klinken dan de prille, oorspronkelijke stereo mixes. En de afgelopen jaren is er qua digitale restauratie ook wel heel wat meer mogelijk; dat bleek al bij de release van de waanzinnig mooi doortekende LOVE-cd uit 2006.

De eerste voorbesprekingen van de 16 cd’s (+1 dvd) tellende box zijn lyrisch. Adviesprijs 240 euri (slik!), maar toen bleek dat de Volkskrant Webwinkel dit hebbedingetje bij voorintekening voor € 199 aanbood werd ik supergretig en trok ik mezelf snel over de streep. Dan binnenkort maar wat minder vaak naar Film by the Sea. Kwestie van prioriteitstelling!

Zonnige vooruitzichten
Wat zal ik als eerste aan een luistertest onderwerpen? ‘Revolver’ met ‘Tomorrow never knows’ (een van de meest baanbrekende sonische experimenten aller tijden) of wordt het The White Album, dat mijns inziens het meest zal profiteren van een digitale oppoetsbeurt?
Nee, waarschijnlijk toch maar starten met kant 2 van Abbey Road.
Tenslotte begint die met ‘Here comes the sun’ en dat is wel toepasselijk gezien de nazomerse verwachtingen voor komende week. Hoewel ‘Rain’ eigenlijk mijn favoriete Lennon/Beatles track is…

zaterdag 5 september 2009

Korte inhoud van het voorafgaande

‘Laptopje meenemen naar het strand en daar dan doorbloggen’ suggereerde Ome Kees in reactie op mijn vorige postje en mijn eerder netjes aangekondigde zomerstop. Maar dat was nou precies niét de bedoeling; mijn zomerreces was een weloverwogen keuze.

Natuurlijk zag en las ik de afgelopen vier weken veel dat een commentaar verdiende: het 40-jarig jubileum van Woodstock, Willy ‘Mink’ Deville dood, gitaar- en geluidspionier Les Paul ook uitgespeeld, net als manager/mogul Allen Klein

Verder genoeglijkje dagtripjes gemaakt naar Gent en Brugge, prachtige films en dvd-boxen bekeken (waaronder ‘The Last Hangman’ en het eerste seizoen van ‘Mad Men’), uitstekende ‘literaire thrillers’ gelezen (o.a. ‘Het Zwarte Pad’ en ‘Tot de woede is geluwd’, beide van Åsa Larsson), eindelijk weer eens interessante afleveringen van ‘Zomergasten’ (Trudy Dehue, Carice van Houten, Jaap van Zweeden) gezien die ik voor het eerst ook eens helemaal uitgekeken heb.

O ja, er dook ook plotseling nog een leuk nieuw woord op in de media: ‘oepsgebied’. En Blonde Greet werd ervan verdacht zijn haar te verven om zijn Indo-afkomst te verhullen.

Kortom, genoeg uiteenlopende onderwerpen die stuk voor stuk hier een postje verdienden. Maar ik was meer bezig met dat andere blog een beetje op peil te houden, met uitrusten en met beelden, meer dan met woorden.

Maar goed, ik ben dus weer terug. Met onregelmatige regelmaat.

Op naar de winterstop?

vrijdag 4 september 2009

Zomer Zen Momenten


Noodgedwongen zat ik de afgelopen zomerse weken op een ander strand dan ik gewend was. Dat ‘noodgedwongen’ en ‘zat’ behoeft enige toelichting.

Mijn tot voorheen favoriete Nollestrand vond ik ineens nix meer vanwege de werkzaamheden aan de dijkversterking én de nieuwe locatie van mijn daar gevestigde stamtent Panta Rhei beviel mij ook zeer matig.

Ieder nadeel hep z’n voordeel
Zodoende verkaste ik af & toe naar het overvolle Badstrand om uiteindelijk te belanden op het strandje onderaan de Oranjemolen, waar ik sinds mijn kinderjaren niet meer geweest was.
Eigenlijk is het maar een piepkleine zandstrook zonder verdere voorzieningen, waar je bovendien erg rekening moet houden met het getij. Maar dat levert ook z’n voordelen op: er komen weinig mensen en soms had ik het strand helemaal voor mezelf. Belangrijkste voordeel in mijn geval: tegen de oude vestingmuur -die niet alleen een fantastisch windscherm is- kun je zitten, want liggen kon ik met mijn door spierpijnen geteisterde lijf wel schudden.

Aan het strand, stil en verlaten…
Daar zat ik dan tegen de Muur van Altena in gezelschap van mijn Ipod, mijn camera en wat leesvoer regelmatig in volstrekte rust naar het Westerschelde panorama, de passerende scheepvaart en de voorbij zeilende meeuwen te staren.
In een magazine las ik daar een artikel over ‘geluk’ waarin Jean-Jacques Rousseau werd geciteerd. Deze invloedrijke filosoof en hypochonder overpeinsde aan het eind van zijn leven wat zijn ultieme geluksmoment was. Hij kwam tot de conclusie dat dat het moment moet zijn geweest waarop hij alleen in een roeiboot op een verstild Zwitsers meer dobberde.
"Als er een toestand bestaat waarin de ziel een basis vindt die sterk genoeg is om zich er geheel op te verlaten en er tot zichzelf te komen zonder dat het nodig is het verleden terug te roepen of vooruit te lopen op de toekomst, een toestand waarin de tijd voor de ziel geen betekenis heeft, waarin het heden immer voortduurt zonder enige uitdrukking van duur en zonder iets van opeenvolging, zonder enig ander gevoel –van gemis of genot, van plezier of verdriet, van verlangen of angst – dan alleen dat van ons bestaan en als dat gevoel op zich het bestaan geheel kan vullen, mag zolang deze toestand duurt, degene die erin verkeert zich gelukkig prijzen. Dat is dan geen onvolmaakt, schamel en beperkt geluk, zoals men het in de genoegens van het leven vindt, maar een toereikend, volmaakt en volledig geluk dat in onze ziel geen enkele leegte laat die gevuld moet worden."
Toegegeven, ik moest een paar keer lezen, maar toen drong het tot me door: zulke momenten beleefde ik op dat Oranjestrandje.

Sommige mensen bezoeken om dit te bereiken een Zen Weekend, ik heb dit gewoon binnen handbereik. Ik realiseerde mij tevreden dat ik een enorme bofkont was. Maar wel een bofkont met verdomd stramme spieren…

dinsdag 1 september 2009

Koperen jubileum


Het is weer eens feest in Huize Q i.v.m. ons 12½ jarig relatiejubileum.

En hoewel mijn zelfverkozen blogzomerstop nog niet helemaal teneinde lijkt, mag dit heuglijke feit hier eigenlijk niet onvermeld blijven.

Bovendien was ik toch al bezig met plaatjes uit d’Oude Doos, dus daarom deze beginfoto uit maart 1997.

woensdag 29 juli 2009

Zomerstop?

Wat is het toch stil op dit blog, zowel qua reacties als qua postjes.

Geen inspiratie? Deels, want er gebeurt toch genoeg in de wereld, in mijn leven en in mijn hoofd. Meer geen puf plus een bewuste poging om nodeloos computeren te vermijden. Dit laatste in verband met gezondheidsklachten en een opspelende portie good old RSI.

Aan de paar trouwe lezertjes die nog regelmatig dit blog checken het advies om toch vooral een RSS-abonnement te nemen teneinde nodeloos surfen te voorkomen.

Ter overbrugging van deze korte zomerstop hierbij een muzikaal zoethoudertje: negen versies van Gershwin’s klassieker ‘Summertime’ in de meest uiteenlopende stijlen.

Veel luisterplezier en een goeie zomer (of wat daar in Nederland voor door moet gaan). I’ll be back!

dinsdag 14 juli 2009

Sesam open u!


Hij is al een paar jaartjes online: Wolfgang’s Vault, een digitale audio schatkamer met 2500 online beluisterbare live optredens uit de archieven van de legendarische concert promotor Bill Graham.

Terug in de tijd
Sommige concerten gaan dik 40 jaar terug in de tijd (Santana, Hendrix, The Who); zelfs Neerlands trots, Golden Earring, blijkt vertegenwoordigd met een concert in Winterland, San Francisco d.d. april 1975. Er is gewoon teveel om op te noemen. En hoewel met name de oudere jongere zeer aan zijn trekken komt, zijn er ook talloze opnames van recentere datum.

Even gratis registreren en je kunt dit alles in prima geluidskwaliteit beluisteren. Terwijl ik dit blogpostje tik, speelt er bijvoorbeeld een prachtconcert van Bob Marley & the Wailers, live at the Boston Music Hall in 1978.

Opnametip
Helemaal fijn is dat je dit fraais desgewenst op je pc kunt opnemen met bijvoorbeeld de Free Recorder Toolbar. Even een beetje naar je persoonlijke voorkeuren afstellen en –bingo!- Bob klinkt voortaan direct live vanaf mijn harde schijf.

Ben niet zo’n online muziekbeluisteraar, maar deze kluis is opgeslagen in mijn Favorieten en zal ik nog regelmatig openen.

zaterdag 11 juli 2009

Beatles revisited (again)


Waarom zou je een boek lezen als je het verhaal al kent? Zeker wanneer je zoals ik een kast vol hebt staan met boeken die allemaal datzelfde verhaal (of facetten daarvan) behandelen. Retorische vraag, die ik zelf ook gelijk beantwoord: omdat sommige verhalen zo interessant zijn dat ze steeds herverteld kunnen worden, mits dat natuurlijk vanuit een nieuwe invalshoek gebeurt.

Ik heb het over de bekende geschiedenis van de invloedrijkste popgroep aller tijden: The Beatles. In dit geval verteld door Steven Stark in zijn boek ‘A Cultural History of the Band That Shook Youth, Gender, and the World’, in Nederland kortweg vertaald als ‘Hoe The Beatles de wereld veranderden’.

De meeste boeken over The Fab Four -en er zijn vele honderden titels- concentreren zich op het wat en laten het waarom grotendeels achterwege. In Stark’s boek uit 2005 staat juist die laatste vraag centraal.

Meer dan de zoveelste Beatles chronologie is dit vooral een sociaal-historische analyse van het Amerika en Engeland in de jaren ’60 waar vier Liverpoolse schoffies als katalysator fungeerden in een razendsnel veranderend politiek en cultureel landschap.

Ik ga dit boek hier verder niet uitgebreid recenseren. Een prima beschrijving is hier te vinden; alleen in de slotalinea kan ik mij niet vinden.

Laat ik volstaan met te zeggen dat dit boek mij als diehard Beatles fan niet alleen aangenaam heeft bezig gehouden, maar vooral ook meermaals verrast heeft door zijn heldere, intelligente studie van een overbekend fenomeen uit de pophistorie.
Het verdient dan ook beslist een plaats in mijn Beatleskast tussen de standaardwerken ‘Revolution in the head’ (Ian MacDonald), ‘The Complete Beatles Sessions’ (Mark Lewisohn) en de Anthology bijbel.

maandag 6 juli 2009

Bezigheden buitenshuis


Het zal gelukkig niet eens veel mensen zijn opgevallen, maar mijn blogfrequentie is behoorlijk verder aan het inzakken. Dat heeft vooral veel te maken met de zomerse waarden van afgelopen week. Geen zinnig mensch gaat tenslotte uit eigen vrije wil bij temperaturen richting de 30 graden onbetaald achter een pc zitten bivakkeren. Want als het in dit kwakkelige kikkerland eindelijk zomer is, dan krijgen in Huize Q de buitenkriebels de overhand.

Dat laatste betekent in de praktijk veel brommertuffen, terrasjes & boulevardjes pakken, eventueel in combinatie met avondlijk strandplezier. En niet te vergeten het Onderstroom festival dat ons vier avonden en twee middagen aangenaam zomers bezighield.

De tweede editie van dit Vlissingse buitengebeuren beviel ons stukken beter dan vorig jaar, al was het maar omdat het nu eindelijk ook echt festivalweer was.

The Highlights
Een kleine greep uit mijn persoonlijke festivalhoogtepunten: The Antwerp Gipsy Ska Orchestra (balkan skank feest, leuker dan het afstandelijke percussie-met-vuurwerk-spektakel op het Scheldekwartier), Wicked Jazz Sounds Band (stomende funk/soul met diverse stijluitstapjes), de onbeschoft leuke goochelaar Nick Nickolas, de lieftallige dames van Rachels Tosti Huis en de inventieve multimedia containervoorstelling ‘Auw!to’. En last but not least: mijn ontmoeting met The Lord Hemzelve; ik voelde me na nog geen minuut compleet herboren. Thanx JC!

Dat kan beter!
Geen kritiekpuntjes dus? Zeker wel.
Ondanks het fantastische weer ontstond er pas na drie dagen iets wat op een festivalsfeer leek en de Straattheaterdag was weer de gebruikelijke logistieke chaos met toeristen die in de stad tevergeefs naar informatie en artiesten zochten.
Maar helemaal onvergeeflijk was de ongetwijfeld door de Pliesie afgedwongen avondklok. Om middernacht stipt werden in het festivalhart op de Oranjedijk de zitzakken en hangmatten opgeruimd, de muziek ging uit en de tapkranen gingen hermetisch dicht. ‘Vlissingen, bruisend als de branding’? Dit deed ronduit provinciaals aan!

Desondanks zullen wij volgend jaar beslist weer van de partij zijn. Dan graag nóg meer festivalambiance op deze prachtlocatie aan zee én een iets soepeler muziek- en tapbeleid.

Update
Inmiddels bezig met het uit een paar 100 foto's destilleren van een korte festivalimpressie. Is hier te vinden. Zal de komende tijd nog verder aangroeien.

vrijdag 26 juni 2009

Another one bites the dust


Ik heb het zojuist even gecheckt: in mijn muziekcollectie bevinden zich nog geen tien nummers van Michael Jackson, de man die vandaag op 50-jarige leeftijd overleed.

Jackson is een onbetwist icoon van de afgelopen decennia. Maar wel eentje die zich in de mid-negentiger jaren de zelfverkozen titel King of Pop liet aanmeten, terwijl hij sindsdien eigenlijk geen fatsoenlijke cd meer heeft uitgebracht.

De albums ‘Off the wall’ en ‘Thriller’ konden mijn goedkeuring nog wel wegdragen met ijzersterke songs als ‘Don’t stop ‘til you get enough’, ‘Billie Jean’ (een van mijn all-time favorites) en ‘Beat it’, maar die hadden dan ook die strakke, gelikte productie van Quincy Jones als bonus.

Insane in the membrane
Bij de komst van de wanstaltige ‘Thriller’-video begon ik al af te haken. Dit jochie begon toen echt een beetje raar te worden. En dat werd de jaren daarna alleen nog maar gekker. Nu is een dosis egomanie geen enkele rockster vreemd, maar niemand verdiende zijn bijnaam Wacko Jacko meer dan Michael met zijn eeuwige Peter Pan complex.

Dus nee, ik verkeer niet bepaald in een state of shock of in diepe rouw, zoals de rest van de wereld. Maar hij was als cultureel verschijnsel wel zo groot dat hij een plaatsje in dit blog verdient.

En niemand had de moves die Jacko had.

zondag 21 juni 2009

Zomerplaatje(s)


Everyone has a song he loves to hate. Een van mijn all-time k*ttracks is ‘This is not a love song’ van Public Image Limited. Een non-nummer, geterroriseerd door de snerende stem van poseur Johnny Rotten.

Wie zo’n kotssong weet te transformeren tot een heerlijk zonnige, zwoele bossa nova verdient dan ook mijn onverdeelde aandacht.

Perfecte soundtrack
Het overkwam mij tijdens onze eerste Goa-reis in februari 2005. Wij zaten na zonsondergang onder optimale omstandigheden op het ultieme chill-out strand van Palolem, tussen feeërieke lichtjes Thais te tafelen met de zee lui ruisend op de achtergrond. En uit de speakers klonk de perfecte soundtrack van die al even perfecte avond: de debuut-cd van wat later het Franse groepje Nouvelle Vague bleek te zijn.

Het album dat we daar toen met stijgende verbazing in zijn totaliteit voor het eerst hoorden bleek –behalve eerdergenoemde P.I.L.-cover– nog veel meer pareltjes te bevatten. Allemaal songs (nouvelle vague = new wave, snappu?) uit de post-punkperiode, ontdaan van hun hoekige doem & agressie en stuk voor stuk overgoten met een relaxed, subtropisch sausje.

Poepoepiedoe
Van de bekendere tracks noem ik slechts Joy Division’s ‘Love will tear us apart’, XTC’s ‘Making plans for Nigel’ en ‘A Forest’ van The Cure. Het lijkt ondoenlijk, maar stel je deze nummers dus eens voor in een zwoel-akoestische uitvoering, vergezeld van lichte Braziliaanse percussie & sfeergeluidjes, gezongen door een drietal zangeressen met poepoepiedoestemmetjes & een charmant Frans accent, en je krijgt een beetje een beeld van dit eigenzinnige coveralbum.

Herhalingsoefening?
Nooit gedacht dat dit project (geesteskind van Parijzenaars Marc Collin en Olivier Libaux) een vervolg zou krijgen, maar een jaar later, tijdens de zomer van 2006, verscheen de tweede Nouvelle Vague-cd 'Bande à Part'.
Op het eerste gehoor een aangename herhalingsoefening waarbij het trucje nog eens dunnetjes werd overgedaan. Maar na herbeluistering bleken toch ook duidelijke variaties & verschillen hoorbaar binnen de formule.

Zo werd het monopolie van de zuchtmeisjes doorbroken (een meneer zong Blondie’s ‘Heart of Glass’ en Yazoo’s ‘Don’t go’) alsook de hegemonie van de bossa nova: er klonk reggae, lichte blues, musette en Echo & the Bunnymen’s ‘The Killing Moon’ was nu zelfs een lieflijk-naief walsje!

Bonuszangers
Op hun zojuist verschenen derde, simpelweg NV3 getiteld, gaat de groep doodleuk verder op die ingeslagen weg. Bovendien is op een viertal tracks als leuke bonus de oorspronkelijke zanger te gast om een paar regeltjes mee te zingen. Zo geet Martin Gore acte de presence op Depeche Mode’s ‘Master and Servant’ en neuzelt Ian McCullough het refrein mee op ‘All my colours’ van Echo & the Bunnymen.

Prijsnummers zijn ‘The American’ (ooit van Simple Minds), de lome Talking Heads-cover ‘Road to nowhere’, een prachtig ‘Heaven’ (wie kent ’t nog van de Psychedelic Furs?), Plastic Bertrand’s ‘Ca plane pour moi’ in ska/dubreggae uitvoering en een totaal gestript ‘So lonely’ van The Police.

Er is nog maar één bossa nova cover: het tot lispelend kampvuurliedje omgetoverde ‘God save the Queen’ van eerder genoemde heer Rotten. Eat your heart out Johnny!

Laat die zomer maar komen…

donderdag 18 juni 2009

It was five years ago today…


Houten huwelijk wordt ‘t in den volksmond genoemd. Maar voor ons is het een dag met een gouden randje.
Kan geen toeval zijn dat vandaag –net als vijf jaar geleden- de zon uitbundig schijnt.

maandag 15 juni 2009

Toerist in eigen stad


Sinds ik de trotse bezitter ben van een spiegelreflexcamera, zijn mijn nieuwe vriendje en ik onafscheidelijk. Ieder vrij moment dat ik doorbreng op boulevard, dijk of strand gaat ie met me mee.

Ik bekijk mijn geboortestad waar ik nu al een halve eeuw woon momenteel door de ogen van de gemiddelde toerist die Vlissingen voor het eerst bezoekt. En spiedend door mijn camerazoeker bekoekeloer ik die toeristen ook weer naar hartelust.

Als het zonnetje schijnt installeer ik mij bijvoorbeeld met de cryptische gebruiksaanwijzing vol miniscule symbooltjes op een bankje bij de Oranjemolen teneinde op mijn gemak alle digitale toeters & bellen nader te onderzoeken. En daar schiet ik dan onder verschillende lichtomstandigheden proefplaatjes van passerende schepen of van meeuwen in volle vlucht.

Ondertussen observeer ik stiekem de toeristen die vanaf het station over de Groene Boulevard langs mijn bankje de stad binnenstromen. Het is een gestage stroom van lillend vlees in diverse staten van zomerse ontkleding, vaak –net als ik- met camera op de buik.

Velen nemen daar bij die molen hun eerste Vlissingse foto’s, overweldigd door het weidse zicht op de Westerschelde. Niet zo verwonderlijk, want je zal maar in Beton City of op een of andere Vinex-locatie wonen en dit zeepanorama voor het eerst zien.

Ik zie het als inwoner bijna dagelijks, vind het nog steeds fascinerend en kijk er nu door die camera nóg bewuster naar.

donderdag 11 juni 2009

Back to mono


Om diverse redenen zit er momenteel een beetje de klad in dit blog. Zo is daar o.a. de recente aanschaf van een nieuw digitaal speeltje (Nikon D 40 spiegelreflexcamera) en er is een ander blog waar veel van mijn tijd in gaat zitten.

Om toch maar weer eens iets op dit blog geplaatst te hebben, wilde ik aanvankelijk volstaan met het plaatsen van een filmpje van een onbetwiste muziekklassieker. Maar dat is toch iets te gemakzuchtig. Bovendien is er een reden voor die clip.

Studio als instrument
Onlangs was namelijk in het onvolprezen kunstprogramma ‘Het Uur van de Wolf’ een twee uur durende docu te zien over de legendarische geluidspionier Phil Spector, de man die in de sixties de studio als instrument ontdekte en met zijn Wall of Sound een uit duizenden herkenbaar geluid schiep.

In de uitstekende documentaire werden beelden van zijn proces, waarin hij werd aangeklaagd voor moord, doorsneden met een interview en een chronologisch overzicht van zijn indrukwekkende staat van dienst. Daarbij was prachtig beeldmateriaal te zien uit een ver verleden, dat helaas nergens op internet terug te vinden is.

Mythische weirdo
Phil zelf bleek een monomaan mannetje dat –gespeend van elke bescheidenheid- zichzelf veelvuldig vergeleek met grootheden als Da Vinci, Mozart en Gershwin. In wezen een tragisch mens dat zich overduidelijk miskend voelt door de hele wereld en nu de rekening gepresenteerd krijgt voor zijn excentrieke gedrag uit het verleden. Want Spector was heel zijn leven lang een mythische weirdo, waarbij zelf Wacko Jacko bleekjes afsteekt.

Invloed
Desalniettemin was de man wel verantwoordelijk voor een aantal onbetwiste meesterwerken uit de popgeschiedenis en zou zijn invloed enorm blijken. Luister maar eens naar zijn ‘opvolger’, dat andere gekwelde muziekgenie Brian Wilson of naar Springsteen’s ‘Born to run’, om slechts twee uitersten te noemen.

Twee Spector-classics zouden zeker eindigen in de bovenste regionen van mijn persoonlijke all-time favourites: het bijna opera-achtige ‘Unchained Melody’ en het Wagneriaans-ruige ‘River Deep – Mountain High'.

Kapotte stem
Het verhaal gaat dat de maniakale producer Turner dat laatste nummer zo vaak liet inzingen dat haar stem het uiteindelijk bijna begaf en zodoende precies de juiste ruwheid kreeg die hij voor ogen had. (Tina Turner: "I must have sung that 500,000 times. I was drenched with sweat. I had to take my shirt off and stand there in my bra to sing."). Vandaar dus die live clip bovenaan dit postje.

Knalhard
Maar Spector-producties moet je eigenlijk in hun oorspronkelijke vorm in knalhard mono uit je boxen horen denderen. Daarom zojuist de 4cd-box ‘Back to Mono (1958-1969)’ maar weer eens gereserveerd bij de Centrale Discotheek Rotterdam, want nieuw werk hoeven we voorlopig van de 69-jarige Phil niet te verwachten. Een dag na de tv-uitzending werd hij in een hernieuwd proces alsnog veroordeeld tot 19 jaar cel.

zaterdag 6 juni 2009

Luxe probleem


Ik hoorde het recent in korte tijd drie mensen in mijn kennissenkring verzuchten: “Nee, ik download momeneel nix meer, eerst maar eens beluisteren wat ik de laatste tijd allemaal heb binnengehaald. Ik heb inmiddels zo verschrikkelijk veel muziek!”.

Het klinkt mij bekend in de oren. Er is voor de liefhebbers zoveel te vinden dat hun hobby maniakale vormen kan aannemen en verzamelwoede kan overgaan in overgretige hebzucht onder het motto ‘Moekokkè!’ (< taalkundige inside joke voor Zeeuwen).

Digitale gulzigheid
Ook ik val regelmatig ten prooi aan periodes van digitale gulzigheid. Om soms weer een tijdlang niets binnen te halen en –inderdaad- alleen maar bezig te zijn met beluisteren & ordenen van wat ik nou precies allemaal gratis op mijn pc heb verzameld. En vooral met het wegmieteren van te geestdriftig & te prematuur gedownloade muziekjes.

Hoewel ook ik mezelf een tijdelijk downloadverbod had opgelegd, zat ik korte tijd later toch al weer pogingen te doen iets van The Great Lake Swimmers binnen te halen, want over die Canadese band had ik goeie dingen horen waaien.

Hun laatste cd ‘Lost Channels’ blijkt een waar pareltje binnen het alt country genre en draait hier in Huize Q inmiddels uitentreure. Het wil tenslotte nog niet echt zomeren, dus wat muzikale winter melancholica is op dit moment (nog) niet geheel misplaatst.

Houdt het dan nooit op?
Dat smaakte naar meer en dat betekende: op zoek naar de vorige cd’s van die Swimmers! Terwijl ik geduldig in wachtrijen zat, de tijd maar goed benut en ondertussen nog eens verder gesnuffeld naar nieuwe muziekjes. Tegelijkertijd uploadde een bevriende muziekfanaat ongevraagd nog drie nieuwe cd’s naar mijn pc. En voordat ik het wist had ik er weer 15 complete cd’s bij die weer beluisterd, gewaardeerd & gecategoriseerd moeten worden.

Om Carice van Houten te quoten: “Houdt het dan nooit op?”. Nee, ik vrees dat mijn muziekvrienden en ik het op onze leeftijd niet meer afleren. Maar we houden er wel een waanzinnige muziekcollectie aan over.

Want ook terwijl ik dit tik, is er al weer een nieuwe cd aan het binnenlopen...

donderdag 4 juni 2009

It was 20 years ago today


Vandaag op de kop af 20 jaar geleden verbleef ik op vakantie in Turkije en zag tot mijn verwondering en verbijstering op de tv een man pontificaal voor een rij oprukkende tanks staan. Plaats van handeling: het Plein van de Hemelse Vrede, in wat toen nog Peking heette. Het indrukwekkende beeld van de man met zijn boodschappentasjes zou zich op het netvlies van de wereld branden en als een iconische foto de geschiedenis ingaan.

Sinds begin deze week heeft het Chinese regime weer eens de nodige websites geblokkeerd, ditmaal omdat men een herdenking vreest van de studentenopstand in 1989. Uit voorzorg zijn daarom Twitter, Hotmail, Flickr en Youtube niet meer te raadplegen of te gebruiken in China.

Ter nagedachtenis aan die anonieme (en inmiddels ongetwijfeld weggezuiverde) ‘tank man van Tiananmen’ daarom nog een keer die beelden hier op dit blog.

Je weet maar nooit, misschien komt hier t.z.t. nog wel eens een onwetende Chinees langs…

woensdag 3 juni 2009

Druk, druk, druk


Met ingang van deze week moet ik mijn aandacht verdelen over twee weblogs: dit blog en dat van mijn werk waar we recent met een tiental collega’s Bieb Blog Vlissingen zijn gestart.

Samen met collega M ben ik verantwoordelijk voor de eindredactie van dat blog en worden wij geacht onze enthousiaste blogmedewerkers aan te sturen, te corrigeren en te te motiveren. Ook is het de bedoeling dat we er met enige regelmaat zelf een postje op plaatsen. En ik kom al bijna nauwelijks aan mijn eigen blog toe!

Daarom zal ik af & toe mijn toevlucht moeten nemen tot een enigszins incestueuze constructie: het herschrijven van oude Q-blogpostjes over boeken, dvd’s en cd’s die ik vervolgens op dat Bieb Blog kan plaatsen.

Ik denk dat het overigens niemand zal opvallen, want wie leest dit hier nu? Bovendien doe ik op die manier eindelijk toch iets aan schaalvergroting :-)

maandag 1 juni 2009

Pinksteramusement


Eindelijk weer eens een geslaagd evenement in Vlissingen, de stad die zichzelf al jarenlang promoot met de inmiddels sleetse slogan ‘Bruisend als de branding’. Hetgeen zich in de praktijk manifesteert door een zomeraanbod van jaarmarkten, braderieën en vergelijkbare toeristische crowd pleasers.

Smaakbommetjes
De Vlissingse horeca pakte afgelopen pinksterweekend leuk uit met een culinair probeersel: de eerste versie van Amuse Me. Het betrof een smaakbommetjesfeest waarbij een tiental restaurants zijn beste beentje voorzette door het presenteren van drie amuses inclusief een begeleidend glas wijn voor de laagdrempelige prijs van nog geen tientje.

Culi-team op onderzoek
Het culi-team van dit blog trok er vijf uur proeftijd voor uit en bezocht in het algemeen belang een dito aantal deelnemende restaurants. Het smaakteam was aangenaam verrast over de kwaliteit van het gebodene (zoals te verwachten in een maritieme plaats als Vlissingen veel zeeverse oesters, paling, kreeft en andere visvarianten) en rolde bomvol en tevreden om half 11 weer Huize Q binnen.

Het team mompelde nog iets in de trant van 'Volgend jaar graag een hele week, met nog meer restaurants', maar toen ging toch vroegtijdig het licht uit.

Exotische hapjes?
De volgende dag ontvluchtten wij de Vlissingse drukte van de Pinkstermarkt en togen wij naar het Dunya Festival in Rotterdam. Ooit, zo’n 12 jaar geleden, bezochten wij het eerder en wij verheugden ons dus op een gezellige drukte, leuke wereldmuziek en vooral vele exotische hapjes.
Dat viel dus jammer genoeg allemaal tegen. Niet alleen was de drukte niet langer gezellig (250.000 bezoekers!), de muziek klonk matig en qua inwendige mensverzorging was de catering ondermaats. Frites- en hamburgertenten alom, maar waar waren de lekkere internationale hapjes van weleer?

Halverwege de middag hielden we het dan ook voor gezien en na een smakelijke late lunch buiten het festivalterrein vertrokken we vervroegd weer richting Vlissingen waar we op een terras aan zee nog net de zonsondergang konden meemaken.

Huiselijk festivalgevoel
Zodoende nix gezien van Transglobal Underground, de band waar we eigenlijk voor naar Rotterdam gingen. Op het moment dat deze slotact van Dunya begon, zaten wij al weer in Huize Q voor de televisie en genoten we van de registratie van Pinkpop. Toch nog een stukje festivalbeleving, en bovendien met alle comfort binnen handbereik!

woensdag 27 mei 2009

Everyone has a song inside…


Dit blog hobbelt weer eens achter de feiten aan. Onze favoriete sofwaregigant blijkt namelijk al een tijdje geleden een nieuw beta progje te hebben uitgebracht dat ons leven nòg leuker gaat maken.

Met Microsoft Songsmith is het mogelijk acapella een liedje in te zingen waarna deze cutting edge software er zelf muziek bij maakt.
Bekijk en beluister vooral bovenstaande infocommercial waar een pubermeisje aan haar paps haar zangkwaliteiten demonstreert op (saillant detail:) een notebook van concurrent Apple.

Ik vrees dat dit weer een heel nieuwe Idols-generatie aan tenenkrommend non-talent gaat opleveren. Bedankt Bill, maar zou je je tijd nou niet beter kunnen besteden aan het ontwikkelen van echt noodzakelijke software? Een goed besturingssysteem bijvoorbeeld?

maandag 25 mei 2009

Son of American Idiot


De Amerikaanse band Green Day brak in 1994 door met het album ‘Dookie’ waarna de faam weer behoorlijk snel verbleekte.

Het trio maakte echter in 2004 een gedroomde comeback met de felle anti-Bush cd ‘American Idiot’, waarop een verrassende switch werd gemaakt van puberpunk naar sociaal engagement.

‘American Idiot’ bleek zowaar een concept-album met krachtige, maar vooral melodieuze punkpop die het ook op festivals en in stadions goed deed. Het succes werd daarna verdiend, maar wel erg breed uitgemolken met een live-cd en daarna een live-dvd die bijster weinig toevoegden. Even vreesde ik voor de komst van ‘American Idiot – The Musical’, maar zover is het gelukkig niet gekomen.

Meer van hetzelfde?
Hoe overtref of evenaar je zo’n wereldwijd publiekssucces? Door het trucje nog eens dunnetjes over te doen, moeten de mannen van Green Day gedacht hebben. Want de langverwachte opvolger ‘21st Century Breakdown’ biedt vijf jaar na dato veel variaties op hetzelfde thema.

Ook dit keer becommentariëren de rattenkopjes op leeftijd inmiddels overbekende items als politiek, religie, oorlog en het Amerikaanse systeem in energieke songs met sterke melodieën en veel tempowisselingen. Daar kan zelfs de komst van een Obama nix aan veranderen.

Afwisseling
En ook nu weer hebben we te maken met een heuse ‘punkrock opera’ die ambitieus in drie secties (‘Heroes And Cons’, ‘Charlatans And Saints’ en ‘Horseshoes And Handgrenades’) is onderverdeeld. Dat de cd met een riante speeltijd van bijna 70 minuten toch nauwelijks inzakt, is misschien wel het grootste compliment voor ‘21st Century Breakdown’.
Eveneens gebleven zijn de vele, soms symfonische tempowisselingen, de variatie tussen strakke, maar transparante power rock en luchtiger popsongs die soms Oasis en enkele keer zelfs E.L.O. in herinnering roepen.

Hoog luchtgitaargehalte
Verder zijn er de gebruikelijke driestemmige koortjes, de toegankelijke refreinen, de strakke gitaarpartijen en sterke hooks waar Green Day inmiddels het patent op lijkt te hebben.
Nog meer dan zijn voorganger is ‘21st Century Breakdown’ een ware grabbelton van riffs uit de rockgeschiedenis: Ramones, Clash, Sex Pistols, Bowie, The Who, Queen, Springsteen, het zijn maar een paar namen die gitaargewijs voorbijflitsen.

Kortweg: ja, het is American Idiot deel 2; ja, het is creatief jat- en plakwerk en zelfrecycling, maar ‘maatschappelijk protest’ heeft nog nooit zo lekker poppy geklonken.

En over vier, vijf jaar zien we weer wel verder. Wie weet blijkt Obama met terugwerkende kracht dan toch te inspireren tot een heel nieuw geluid. Want dit kunstje kun je natuurlijk niet nog een derde keer herhalen.